088 179 9999




Wet arbeidsmarkt in balans (WAB): wat er verandert vanaf 1 januari 2020
Vanaf 1 januari 2020 veranderen de regels rond arbeidscontracten en ontslag. Dit is geregeld in de Wet arbeidsmarkt in balans. Dit is relevant voor werkgevers en werknemers. Payrollwerknemers krijgen een betere rechtspositie en arbeidsvoorwaarden en oproepkrachten krijgen meer zekerheid op werk en inkomen. De uitzendfases blijven gelijk.

Maatregelen uit de WAB
De invoering van de WAB brengt op 1 januari 2020 de volgende veranderingen met zich mee:
  • Werkgevers betalen vanaf 2020 een lagere WW-premie voor werknemers met een vast contract dan voor werknemers met een flexibel contract. De sectorpremie vervalt vanaf dat moment.
  • Nieuwe mogelijkheid voor ontslag: cumulatiegrond Er wordt een nieuwe ontslaggrond geïntroduceerd: de cumulatiegrond. Ontslag wordt ook mogelijk wanneer omstandigheden uit de verschillende ontslaggronden die via de kantonrechter lopen samen een redelijke grond voor ontslag opleveren. Bij ontslag op basis van de cumulatiegrond kan de rechter een extra vergoeding toekennen aan de werknemer.
  • Transitievergoeding vanaf 1e werkdag: De werknemer heeft recht op de transitievergoeding bij ontslag vanaf de eerste werkdag. Ook de berekening van de transitievergoeding verandert.
  • Ketenregeling: 3 tijdelijke contracten in maximaal 3 jaar Vanaf 2020 kunnen werkgever en werknemer 3 tijdelijke contracten in maximaal 3 jaar aangaan. Het volgende contract is dan automatisch een vast contract. Tot en met 31 december 2019 is het mogelijk om 3 tijdelijke contracten in maximaal 2 jaar aan te gaan.

Voor uitzenders blijft Fase A gelijk Een uitzendkracht is werkzaam in fase A zolang hij nog geen 52 weken (2023) gewerkt heeft, waarbij alleen de gewerkte weken meetellen. Als de uitzendkracht 26 weken of langer niet voor dit uitzendbureau gewerkt heeft, dan begint de telling van de 78 weken opnieuw. Een uitzendkracht die A heeft doorlopen, stroomt in fase B in. In fase B worden maximaal 6 tijdelijke contracten gesloten, gedurende maximaal 3 jaar (2023). Dit zijn contracten voor bepaalde tijd, vergelijkbaar met het reguliere arbeidsrecht. Als er in deze fase een onderbreking van zijn werkzaamheden is geweest van 13 weken of meer, dan begint fase B opnieuw. Is de onderbreking langer dan 26 weken geweest, dan valt hij weer terug naar fase A.

Verder wordt vanaf 2020 in de wet een uitzondering opgenomen voor invalkrachten in het basis- en speciaal onderwijs. Invalkrachten die op tijdelijke basis een zieke leraar vervangen, krijgen na meerdere tijdelijke contracten niet automatisch meer een vast contract. Dit hoeft niet meer in de cao te staan.

Payrollwerknemer: gelijke rechtspositie en arbeidsvoorwaarden
Werknemers die vanaf 2020 een payrollcontract krijgen, krijgen minimaal dezelfde arbeidsvoorwaarden en dezelfde rechtspositie als werknemers die in dienst zijn van het bedrijf. Vanaf 2021 krijgen payrollkrachten recht op een goede pensioenregeling.

Oproepwerknemers: minimale oproeptermijn en aanbod voor vaste uren na twaalf maanden. Vanaf 2020 moeten werkgevers oproepkrachten minstens 4 dagen van te voren oproepen voor werk. Als de werkgever een oproep binnen 4 dagen afzegt, heeft de oproepwerknemer recht op loon over de uren waarop hij was opgeroepen. Na 12 maanden moeten werkgevers aan oproepkrachten een vaste arbeidsomvang aanbieden.


Copyright BeterBaan 2024
Door gebruik te maken van deze website ga je akkoord met ons cookiebeleid.